Kreidler, Du Florett au Van (1993)

Allerlei artikelen over Kreidler, vaak overgenomen uit oude tijdschriften.
Plaats reactie
Bericht
Auteur
Gebruikersavatar
Maarten
Beheerder
Berichten: 9743
Lid geworden op: 01 sep 2002, 09:13
Locatie: Den Haag, Nederland
Gegeven waarderingen: 813 keren
Ontvangen waarderingen: 413 keren
Contacteer:

Kreidler, Du Florett au Van (1993)

#1 Bericht door Maarten » 25 dec 2013, 19:30

Kreidler, Du Florett au Van

Bron: Moto Legende, februari 1993, part 1
Scan: Jan (rs-r)
Vertaling van Frans naar Nederlands: Jan (rs-r)

Kreidler, van Florett naar Van Veen

Afbeelding

1974, Grote Prijs van België, een minuscule bolide in groen en oranje van 55 kg passeert de rechte lijn van Spa Francorchamps aan een ongelooflijke snelheid; de chrono is formeel, 202 km/u! de prestaties van de Kreidler Van Veen van de piloot Van Kessel zijn historisch, een verhaal van een “kopje koffie” zoals geen ander..

Het was in die tijd dat de 50cc’s “kopje koffie” werden gedoopt, en dat de Kreidler iedereen met verstomming sloeg, zowel op de openbare weg als op de renbaan.
Het motorblok had het voordeel van een fijn bestudeerde aerodynamica, en een perfecte beheersing van de werking van een tweetakt; onder meer de verhouding inlaat-uitlaat.
Dit liet Kreidler toe gedurende meer dan 10 jaar naar het podium te dingen: inderdaad, de ingenieurs van Van Veen wisten 21 pk te persen uit “het beest” van de laatste generatie!
Omgerekend vertegenwoordigt dit 420 pk per liter!

De naam Kreidler wordt maar beroemd in het begin van 1962 wanneer de Duitse firma de eerste Grote Prijs binnenhaalt van het seizoen voor Derbi en Honda met een buitengewone motorfiets met twee carburatoren en 14 versnellingen.
Deze groothandel in metaalwaren en metalen legeringen maakte toen echter al 11 jaar uitstekende bromfietsen.
Het begin van de competitie bij Kreidler dateert al van 1959, wanneer de Duitse Federatie een Nationale competitie start.
Alfred Kreidler, onder druk van een groep enthousiaste werknemers, stemt toe met de deelname op de uitdrukkelijke voorwaarde dat de renmachine alleen gebruikt maakt van standaard onderdelen, deze van de Florett.
Het is om deze reden dat de eerste competitie Kreidlers een geperst stalen frame hadden en een voorvork van het type “Earles” van de wegmachines.
Ook het mechanisch gedeelte was praktisch standaard, alleen de lichten werden eraf genomen en de compressieverhouding iets verhoogd.
Zelfs de geforceerde luchtkoeling en de uitlaatpijp laten de ingenieurs ongemoeid.
Het is door de voorsprong van de techniek en de betrouwbaarheid van de Florett dat deze praktisch standaard machine het nationaal kampioenschap behaalt.

Afbeelding


Doel: Het Wereldkampioenschap

In 1961, met het populaire succes van het kampioenschap in de categorie 50cc, beslist de Internationale Motorfiets Federatie een Europees kampioenschap met 8 proeven in het leven te roepen.; Kreidler, met zijn nieuwe machine, uitgerust met een stalen buisframe en een roterende inlaat, zal dit zonder moeite winnen.
Het jaar daarna verandert de FIM dit kampioenschap in een Wereldkampioenschap met 8 Grote Prijzen.
Het daaropvolgende commerciële succes is zo groot dat Kreidler beslist een echte raceafdeling te starten om deel te nemen aan dit kampioenschap.
Het is dan dat de eerste echte Kreidler GP machine verschijnt.
Het motorblok blijft een luchtgekoelde horizontale ééncilinder tweetakt met een boring en slag van 40 x 39.7 mm, horizontaal geplaatst in een langgerekt vakwerk buizenframe.
De “Earles” voorvork wordt behouden omdat deze veelvuldige instellingen biedt en de piloten
de mogelijkheid geeft te kiezen uit een grote diversiteit van veren en schokdempers.
De inlaat is nu met twee roterende schijven en twee Bing carburatoren.
De Kreidler is bovendien uitgerust met een extra versnellingsbak met drie verhoudingen welke gemonteerd is bovenop de normale versnellingsbak met vier verhoudingen, wat het mogelijk maakt twaalf versnellingen te gebruiken.
De piloot heeft zo de mogelijkheid zich in de nauwe zone van het maximale vermogen te houden, en bij hevige remmanoeuvres, drie per drie versnellingen terug te schakelen.
Deze eerste Kreidler GP machine levert 10 pk bij 14000 tr/min en de aerodynamica is ook flink bestudeerd. Met piloten zoals Anscheidt en Gedlich, ziet Kreidler het eerste Wereldkampioenschap met optimisme tegemoet.

Afbeelding
Men ziet op de geteste Van Veen, een batterij welke voldoende lading had voor de tijd van een race. Hieronder, de piloot zijn zitplaats en zijn toerenteller Kröber die tot 16000 tpm wijst.

Ontgoocheling!

Helaas, Kreidler juicht te snel, dit omdat het eerste seizoen volledig gedomineerd wordt door de Japanse machines. Desondanks alle inspanningen van Anscheidt, grijpt Suzuki de wereldtitel in 1962.
Het scenario herhaalt zich in 1963, maar slechts met een luttel verschil want het Duitse merk geeft Suzuki slechts 3 punten toe op het einde van het seizoen.
Tegen 1964 versterken de Japanners hun inspanningen, inmiddels meer en meer geïnteresseerd in de Europese markt,; Suzuki komt met een volledig nieuwe GP machine op de proppen, een tweecilinder tweetakt met een 14 versnellingsbak en een ongelooflijk vermogen.
En de Honda fabriek doet niet onder voor Suzuki en komt een viertakt tweecilinder met vier kleppen per cilinder waarvan men zegt dat deze machine 170 km/u kan halen.
In deze omstandigheden kan Kreidler slechts toekijken naar de strijd van de Japanse titanen met hun gesofisticeerde multicilinders.
De resultaten uit de racerij hebben in die jaren een ongelooflijke impact op de toeschouwers en als gevolg van de tegenslagen ziet de kleine Duitse Kreidler fabriek de verkoop in grote
getale verminderen, dus net als Derbi beslist Kreidler zich terug trekken uit de competitie.
Gelukkig voor Kreidler stopt de Japanse vreugde snel omdat de FIM beslist het reglement te herschrijven en zo de cilinders te reduceren tot één en de versnellingen te verminderen;
De FIM hoopt ook het budget van de renstallen te verminderen zodat de kleinere teams ook een kans krijgen op het Kampioenschap.
In de loop van 1967 laten Honda en Suzuki weten zich ook terug te trekken uit de GP, dit omwille van het aangepaste reglement, waardoor in 1969 enkel Jamathi, Derbi en Kreidler op
het circuit overblijven.
Op hetzelfde moment, besluit Van Veen, welke Kreidler importeert in Nederland, een raceteam op te stellen en te financieren, met als piloten; Aalt Toersen en Jan De Vries.
Toersen start het seizoen met veel toeters en bellen en neemt de eerste drie overwinningen voor zich. Spijtig genoeg voor Kreidler eindigt hun seizoen in mineur doordat de Spaanse
Angel Nieto de eerste wereldtitel pakt zonder de Japanse deelname.

Afbeelding
Dan Shorey op de Kreidler aan de start van de TT in 1962.
Men ziet op de kuiploze Kreidler van de jaren 60 de robuustheid van het versterkte frame waaronder de motor zich bevindt.
Links, de Nederlander Jan De Vries, wereldkampioen in 1971 en 1973.



Van Veen Kampioen!

In 1971, de inspanningen van Kreidler en Van Veen worden uiteindelijk beloond.
De machines zijn krachtig en goed op punt en de piloten Jan De Vries en Rudolf Kunz pakken de ene overwinning na de andere.
Halverwege het seizoen komen er zelfs twee nieuwe piloten het team vervoegen: Het Finse idool Jarno Saarinen en een heel jonge Brit Barry Scheene.
Deze laatste grijpt de eerste plaats in de GP van Tsjechoslowakije en Saarinen word tweede in de GP van Spanje
1972 wordt een prachtig seizoen voor de “kopje koffie” klasse met een confrontatie zonder genade tussen Kreidler en Derbi, Jan de Vries en Angel Nieto geven elkaar niets toe.
Mede door hun dwars tegenover elkaar staande karakters botsen de twee kampioenen niet alleen buiten de baan.
Zo discreet en gereserveerd Jan de Vries blijft in het dagelijks leven, zo hard en vreselijk efficiënt is hij op het circuit , wat flink op de zenuwen werkt van Angel Nieto, aggresief en gedreven in alle omstandigheden.

Afbeelding
Angel Nieto, overgestapt van Derbi naar Kreidler rijdt zich naar de zesde wereldtitel in 1975.
De samengeplooide zitpositie op de Van Veen is vreemd voor een liefhebber van oude motorfietsen: zitvlak zeer naar achteren en de tank die geen steun biedt. Zonder te vergeten zich te concentreren om het toerental niet te laten zakken!



Aan het einde van het seizoen, vinden de twee mannen gelijkheid, drie overwinningen en drie tweede plaatsen elk, en het is in de toegevoegde tijd dat de kroon toekomt aan Derbi!
Het daaropvolgend jaar trekt Derbi zich terug, een open strijd latend voor Jan De Vries welke Kreidler Van Veen een tweede titel bezorgt.
In 1974 trekt De Vries zich terug en Kreidler engageert Heinz Van Kessel. Trouw aan de filosofie van het merk, behoudt zijn machine verschillende onderdelen komende uit de serieproductie, maar welke met een extreme zorg gemaakt zijn door het Van Veen team.
Hardnekkig en vastberaden wordt gewerkt aan meer vermogen in de motor ; de ingenieurs slagen er in 21 pk te persen uit de ééncilinder, dankzij werkzaamheden (in top secret) op vlak
van ontsteking, overspoeling en uitlaatpoort en de expansie pijp.
Op de rechte lijn van Spa Francorschamps wordt de Van Veen gechronometreerd aan meer dan 202 km/u, en vestigt zo een ronderecord van 162,60 km/u!
Aan het begin van het seizoen 1975 is er een ommekeer, Angel Nieto koopt een oude fabrieks- Van Veen en met de ervaren ex-rivaal Jan De Vries als mecanicien, herovert hij met gemak de wereldtitel.


Afbeelding
Zadel, tank, banden, alles is miniscuul op een 50cc: een niet te missen ervaring…

Kunstobject?

De Kreidler Van Veen waarvan we het geluk hebben die te kunnen testen is een “semi fabrieks” model verworven door een bekende Belgische piloot. De machine heeft het land nog nooit verlaten sinds 1972. Hij nam deel aan verschillende Nationale Kampioenschappen en behoort nu toe aan een Belgische verzamelaar, Jean-Marie Compère, die de machine met veel zorg in originele staat heeft teruggebracht.
Je moet een Van Veen goed kennen om te kunnen inschatten in hoeverre deze machine de benaming “juweel” verdient: de afwerking, de kwaliteit van het polyester, de vormen, het ontwerp van de mechanische elementen zijn van een onberispelijke kwaliteit.
Maar laten we Jean-Marie de machine starten, rustend op zijn steun.
De batterij neemt in langsrichting plaats onder het zadel.
Nadat de benzinetank gevuld is met een mix van 3% (laat ons voor een keer geen risico nemen), monteert Jean-Marie een “warme” bougie om het verzuipen te vermijden bij een koudstart, en zet hem in zijn eerste versnelling.
De Kreidler staat nog steeds op zijn steun wanneer onze man met een flinke ruk aan het achterwiel de motor probeert aan te zwengelen. Na de vierde poging laat de uitlaat van zich
horen. Jean-Marie laat het blokje voorzichtig opwarmen, steeds de temperatuurmeter en de Kröber toerenteller nauw in de gaten houdend (de watercirculatie is voorzien van een
elektrische pomp).Eens de motor op temperatuur, wordt er een bougie geplaatst met een koudere warmtegraad. De motor moet dan wel in toeren gehouden worden anders zal hij
gegarandeerd verzuipen!
De rijderspositie is zeer verontrustend, ver naar achter, het zitvlak ter hoogte van de schokdempers, de armen gestrekt langs de lange tank welke dan steun geven voor het zoeken
naar de versnellingen. De kleinste beweging van de armen of de benen breng al onbalans in het rijgedrag van de motorfiets. Daarenboven is een grote zelfbeheersing nodig voor een
ietwat ‘nette rijstijl’ .
Met de handen slechts 30 cm van elkaar heeft men de indruk met handboeien te rijden. Het is een rijstijl voor een evenwichtskunstenaar.
En nochtans, de concentratie mag zich niet beperken tot het rijwielgedeelte want het motorblok vraagt ook constant alle aandacht; onder de 12000 toeren slaat hij af, boven de 15000 toeren, loopt hij vast…
Niet gemakkelijk, het “kopje”! De koppeling, minuscuul, is gelukkig een model voor de lange afstandsraces en is progressief; met de hendel spelend, slaag ik erin ongeveer de 14000 toeren aan te houden, met vol openstaande gashendel.

Afbeelding
Het ontwerp is artisanaal maar onberispelijk, zoals men ziet aan de schakelpook, sterk gemaakt op onze testmachine.
Rechts, de straatuitvoering Florett RS, een uitstekende sportieve basis ondanks een lomp voorkomen.
En hieronder Stefan Dörflinger, welke wereldkampioen werd aan het stuur van een Van Veen in 1982.

“Extreem hoogtoerig”

De eerste is zeer lang zodat men goed met doorslippen met de koppeling om een evenwicht machine-piloot te houden. Als men er in slaagt de toeren aan te houden, is het nauwelijks
denkbaar welke sterke trekkracht schuilt in de 18 pk en hoe deze in elke versnelling terug te vinden is.
In vijfde heeft het kopje nog altijd adem en Pierre, onze fotograaf die voorrijdt met de wagen om de momentopnames te maken, kan het niet geloven; zijn teller wijst al 150 km/u aan en ik kan nog steeds perfect volgen.
Ik plaats de ellebogen in de uithollingen van de tank, glij mijn knieën achter de kuip en schakel over naar zesde, waarschijnlijk een beetje te vroeg, want de motor zakt terug in toeren. Ik laat de koppeling slippen, hou de naald van de grote Kröber op de 14000 toeren en we zijn terug vertrokken. De baanvastheid is typisch racy, desondanks zijn lengte en zijn zwakke sectie van de buizen, levert het frame een perfecte stijfheid. De Van Veen geeft de impressie één geheel te zijn, de miniscule driehoekige banden grijpen zich stevig vast en de baanvastheid is meer dan voldoende; het is voor mij onmogelijk de limiet te voelen, die is afhankelijk van het lef van de piloot !
De minuscule achterste schokdempers, gemaakt door Van Veen kwijten zich heel goed van hun taak en de remkracht is uitstekend, dankzij natuurlijk de voorste remtrommel van het
merk Oldani met vier magnesium nokken, identiek aan deze van de Derbi.
Lang vergeten, verschijnen de renmachines met 50cc nu terug in de “klassieke” proeven en dit is niet meer dan rechtvaardig. Met hun originaliteit en sterke persoonlijkheid, hebben de “kopjes” in de jaren 70 de toeschouwers uitzonderlijk spektakel bezorgd: gemiddeldes van meer dan 160km/u op Spa Francorschamps tonen de maatstaf van de piloten en hun fantastische renmachines.

Afbeelding
De tank heeft ook een opmerkelijke afwerking en een schoonheid, met daaronder de elektronische ontstekingsdoos.

Gebruikersavatar
Enzo-tvdzijden
Expert
Berichten: 60284
Lid geworden op: 27 nov 2002, 21:55
Locatie: Gem. Leidschendam/Voorburg
Gegeven waarderingen: 951 keren
Ontvangen waarderingen: 2254 keren

Re: Kreidler, Du Florett au Van (1993)

#2 Bericht door Enzo-tvdzijden » 25 dec 2013, 19:44

Leuk stuk weer met mooie plaatjes.

(Vooral die verkeerd gespiegelde buffel foto :wink: )

Enzo

Gebruikersavatar
Maarten
Beheerder
Berichten: 9743
Lid geworden op: 01 sep 2002, 09:13
Locatie: Den Haag, Nederland
Gegeven waarderingen: 813 keren
Ontvangen waarderingen: 413 keren
Contacteer:

Re: Kreidler, Du Florett au Van (1993)

#3 Bericht door Maarten » 25 dec 2013, 19:46

Dit is de Franse versie Tjerry! :-) Jou ontgaat ook niets.

Helmantel
Berichten: 1011
Lid geworden op: 09 sep 2003, 23:42
Gegeven waarderingen: 0
Ontvangen waarderingen: 55 keren

Re: Kreidler, Du Florett au Van (1993)

#4 Bericht door Helmantel » 03 jan 2014, 18:23

Wel grappig dat zet het ipv "borrelglaasje" over een "kopje koffie" hebben. In Frankrijk drinken ze inderdaad kleine kopjes koffie :)

Gebruikersavatar
Maarten
Beheerder
Berichten: 9743
Lid geworden op: 01 sep 2002, 09:13
Locatie: Den Haag, Nederland
Gegeven waarderingen: 813 keren
Ontvangen waarderingen: 413 keren
Contacteer:

Re: Kreidler, Du Florett au Van (1993)

#5 Bericht door Maarten » 18 apr 2014, 14:14

Bedankt Jan voor de vertaling, is een stuk leuker nu!

Gebruikersavatar
rs-r
Berichten: 845
Lid geworden op: 03 mei 2005, 21:18
Locatie: Waregem (België)
Gegeven waarderingen: 238 keren
Ontvangen waarderingen: 43 keren

Re: Kreidler, Du Florett au Van (1993)

#6 Bericht door rs-r » 18 apr 2014, 18:58

Graag gedaan Maarten, jij hebt alles ook mooi op zijn plaats gezet!

Gebruikersavatar
huib
Berichten: 2242
Lid geworden op: 19 dec 2002, 21:39
Locatie: Rotterdam
Gegeven waarderingen: 9 keren
Ontvangen waarderingen: 15 keren

Re: Kreidler, Du Florett au Van (1993)

#7 Bericht door huib » 19 apr 2014, 12:49

Mooi stukje :clap

Plaats reactie