'Met 5 x 50 cc naar de Grimselsee' (1996)
- Melvin
- Berichten: 8274
- Lid geworden op: 30 mei 2003, 16:32
- Locatie: Gelderland
- Gegeven waarderingen: 46 keren
- Ontvangen waarderingen: 121 keren
'Met 5 x 50 cc naar de Grimselsee' (1996)
'Met 5 x 50 cc naar de Grimselsee'
Naar aanleiding van een reisverslag uit 1968 in het weekblad Motor ontstond bij een aantal Kreidlerliefbebbers het plan om dezelfde tocht naar de Zwitserse Alpen te gaan maken. Rob van de Kraats beschrijft een enerverende reis.
Op vrijdagmorgen 25 mei 1996 is het dan zover. De vijf motortjes - driemaal RS, eenmaal GT en eenmaal TM - zijn gepakt en om vijf uur 's morgens gaan we dan met onze 50 cc's op weg richting Zwitserland. We willen er twee dagen over doen.
De eerste dag razen we 608 kilometer door België, Luxemburg en Frankrijk om rond zes uur 's avonds in Mullhouse een camping te zoeken. Onderweg verliest er nog een z'n uitlaat-eindstuk, waar een vrachtwagen overheen rijdt. Dááág uitlaat-eindstuk en "wat nu?". Een leeg bierblikje brengt uitkomst. Ook worden we nog van de snelweg afgewezen door de Belgische politie, die denken dat we met vijf bromfietsen over de snelweg rijden, maar na veel praten en het laten zien van de kentekens mogen we onze weg vervolgen.
Op de camping aangekomen, halen we onze tenten uit het vet en genieten - met een neus vol tweetaktdampen - van een welverdiende nachtrust. De volgende morgen een stevig ontbijt en we zien onze tweede dag richting Zwitserland vol energie tegemoet.
Door berg en dal...
Bij de Zwitserse douane krijgen we opnieuwde vraag "wat we met die BROMFIETSEN op de AUTOBAHN doen?". Waarop onze vraag: "Waarom moeten we wel een Autobahn-sticker kopen, maar mogen we niet op de snelweg rijden?".
Volgens de douane rijden we niet hard genoeg. We bieden de douanebeambte een ritje achterop aan, om zijn mening te veranderen, maar daar ziet hij toch maar vanaf.
Via Basel, Thunersee naar Interlaken en na een heleboel bergen (eerste versnelling), bochten, dalen en geschakel bereiken we om half zeven 's avonds het plaatsje Meizingen. Na lang zoeken, vinden we in Innertkirchen, onder aan de Grimselpas, een camping. De kilometerteller van onze 50 cc's staat inmiddels 910 kilometer verder.
De volgende morgen, zondag, staan we vroeg op om de nodige technische problemen op te lossen. Er hangt een ketting op de grond en een schokbreker zit vast, maar rond twaalf uur gaan we dan toch op weg naar ons einddoel. Onderweg krijgt één der RS'en het benauwd; hij wil alleen nog maar bergafwaarts. Na twee uur zoeken blijkt het luchtfilter verstopt. De Grimsel trekt; steile rotswanden en scherpe haarspeldbochten vergen veel van onze stuurmanskunst... en dan bereiken we op 1.700 meter hoogte de machtige blauwe Steingletscher.
Dat lijkt het eindpunt want verder mogen we niet: een slagboom verspert ons de weg, omdat er hoger op nog geen sneeuw is geruimd. Maar geen nood, nadat we alle vijf de Kreidlers plat onder de slagboom hebben doorgehaald, kunen we toch weer verder!
Hoogtepunt
Over glibberige, besneeuwde wegen bereiken we dan eindelijk op 2.164 meter hoogte ons einddoel: De GRIMSELPAS.
Plotseling is één van de jongens verdwenen om even later met zijn Kreidler op het dak van het Grimselhotel te verschijnen (het hotel is toch gesloten).
De terugtocht naar beneden doen we in de vrijstand, met stilstaande motor. Onderaangekomen missen we één van onze toergenoten. Na vijf minuten worden we toch wat ongerust en besluiten we te gaan zoeken. Dan komt hij er toch aangelopen, met een gedemonteerde ketting in zijn hand; want met 70 km/h freewheelend de eerste versnelling van een 50 cc inschakelen... dát gaat natuurlijk niet!
Op de camping mogen we in het schuurtje van de campingbaas de motor demonteren. Het tandwiel van de eerste versnelling zit zó vast op de as, dat hij met een moker moet worden gedemonteerd; de complete hoofdas moet dus worden vervangen. In Briënz zit een oud-Kreider dealer, waar we gelukkig op maandag een gebruikte as met tandwielen kunnen kopen. Na een uurtje sleutelen draait de Kreidler rond het middaguur weer. We gaan een tochtje 'off the road' maken. Alle kreidlers en bestuurders overleven het!
Dááág big-end
De dinsdag verloopt rustig en 's avonds maken we ons weer op voor vertrek naar Nederland om woensdagmorgen in alle vroegte afscheid te nemen van het prachtige Zwitserse landschap, met ijs op de buddy's. We rijden terug via Collmaz. Tegen de avond bereiken we St.Diemenis en overnachten daar.
Donderdag moeten we toch echt richting Nederland. We willen Valkenburg bereiken, maar 90 kilometer voor de Frans-Luxemburgse grens slaat de pechduivel opnieuw toe. Met een snelheid van 90 km/h (= 9.700 toeren) in de slipstream van mijn voorganger hoor ik ineens een hevig gekraak; snel de koppeling in. Na het demonteren van de cylinder blijkt de drijfstang een speling te hebben van ongeveer een centimeter en de bovenste zuigerveer vastgeklonken te zijn. Dááág big-end!.
Na wat rondzoeken op de parkeerplaats vinden we een Duitse vrachtwagenchauffeur, die bereid is om mijn Kreidler naar de Luxemburgse grens te brengen. We hadden van alles meegesleept: zuiger, pakkingen, kabels, lampjes, maar geen krukas, want dan kan je wel een heel blok op je rug meenemen.
Bij de grens aangekomen demonteren we het blok, pakken het in de tas en gaan we op 'krukas-jacht'. Bij motorzaak Hall in Luxemburg is alleen een nieuwe krukas te koop. Na enig onderhandelen zitten we buiten op een stuk karton in een winkelstraat de vijfgang te opereren. Na twee uur is de operatie geslaagd en we komen rond zes uur 's avonds weer bij de grens aan, waar onze Kreidler-vrienden stijf zijn van het wachten.
Moe, vies, maar...
Het motorblok ligt er gelukkig weer snel onder. We koersen nog enkele kilometers en bereiken om tien uur Bastogne in België. We hebben dan 1767 kilometer afgelegd en voelen ons moe, vies en hongerig. We kruipen met z'n vijven in een caravan; wát een luxe na dat harde luchtbed. Na ons laatste ontbijt in het buitenland genuttigd te hebben, zetten we onze voorwielen richting huis. Na veel gehobbel over de Belgische kasseien rijden we via Luik Nederland weer binnen en besluiten om in Weert even het thuisfront te bellen. Om half één 's middags bereiken we onze thuishaven Arnhem, om terug te kunnen kijken op een tocht vol ontberingen, verrassingen en plezier; met 2.150 kilometer op de teller als eindstand!
...WAT IS 50 cc RIJDEN TOCH MOOI!!!!
Foto's: Rob van de Kraats
Naar aanleiding van een reisverslag uit 1968 in het weekblad Motor ontstond bij een aantal Kreidlerliefbebbers het plan om dezelfde tocht naar de Zwitserse Alpen te gaan maken. Rob van de Kraats beschrijft een enerverende reis.
Op vrijdagmorgen 25 mei 1996 is het dan zover. De vijf motortjes - driemaal RS, eenmaal GT en eenmaal TM - zijn gepakt en om vijf uur 's morgens gaan we dan met onze 50 cc's op weg richting Zwitserland. We willen er twee dagen over doen.
De eerste dag razen we 608 kilometer door België, Luxemburg en Frankrijk om rond zes uur 's avonds in Mullhouse een camping te zoeken. Onderweg verliest er nog een z'n uitlaat-eindstuk, waar een vrachtwagen overheen rijdt. Dááág uitlaat-eindstuk en "wat nu?". Een leeg bierblikje brengt uitkomst. Ook worden we nog van de snelweg afgewezen door de Belgische politie, die denken dat we met vijf bromfietsen over de snelweg rijden, maar na veel praten en het laten zien van de kentekens mogen we onze weg vervolgen.
Op de camping aangekomen, halen we onze tenten uit het vet en genieten - met een neus vol tweetaktdampen - van een welverdiende nachtrust. De volgende morgen een stevig ontbijt en we zien onze tweede dag richting Zwitserland vol energie tegemoet.
Door berg en dal...
Bij de Zwitserse douane krijgen we opnieuwde vraag "wat we met die BROMFIETSEN op de AUTOBAHN doen?". Waarop onze vraag: "Waarom moeten we wel een Autobahn-sticker kopen, maar mogen we niet op de snelweg rijden?".
Volgens de douane rijden we niet hard genoeg. We bieden de douanebeambte een ritje achterop aan, om zijn mening te veranderen, maar daar ziet hij toch maar vanaf.
Via Basel, Thunersee naar Interlaken en na een heleboel bergen (eerste versnelling), bochten, dalen en geschakel bereiken we om half zeven 's avonds het plaatsje Meizingen. Na lang zoeken, vinden we in Innertkirchen, onder aan de Grimselpas, een camping. De kilometerteller van onze 50 cc's staat inmiddels 910 kilometer verder.
De volgende morgen, zondag, staan we vroeg op om de nodige technische problemen op te lossen. Er hangt een ketting op de grond en een schokbreker zit vast, maar rond twaalf uur gaan we dan toch op weg naar ons einddoel. Onderweg krijgt één der RS'en het benauwd; hij wil alleen nog maar bergafwaarts. Na twee uur zoeken blijkt het luchtfilter verstopt. De Grimsel trekt; steile rotswanden en scherpe haarspeldbochten vergen veel van onze stuurmanskunst... en dan bereiken we op 1.700 meter hoogte de machtige blauwe Steingletscher.
Dat lijkt het eindpunt want verder mogen we niet: een slagboom verspert ons de weg, omdat er hoger op nog geen sneeuw is geruimd. Maar geen nood, nadat we alle vijf de Kreidlers plat onder de slagboom hebben doorgehaald, kunen we toch weer verder!
Hoogtepunt
Over glibberige, besneeuwde wegen bereiken we dan eindelijk op 2.164 meter hoogte ons einddoel: De GRIMSELPAS.
Plotseling is één van de jongens verdwenen om even later met zijn Kreidler op het dak van het Grimselhotel te verschijnen (het hotel is toch gesloten).
De terugtocht naar beneden doen we in de vrijstand, met stilstaande motor. Onderaangekomen missen we één van onze toergenoten. Na vijf minuten worden we toch wat ongerust en besluiten we te gaan zoeken. Dan komt hij er toch aangelopen, met een gedemonteerde ketting in zijn hand; want met 70 km/h freewheelend de eerste versnelling van een 50 cc inschakelen... dát gaat natuurlijk niet!
Op de camping mogen we in het schuurtje van de campingbaas de motor demonteren. Het tandwiel van de eerste versnelling zit zó vast op de as, dat hij met een moker moet worden gedemonteerd; de complete hoofdas moet dus worden vervangen. In Briënz zit een oud-Kreider dealer, waar we gelukkig op maandag een gebruikte as met tandwielen kunnen kopen. Na een uurtje sleutelen draait de Kreidler rond het middaguur weer. We gaan een tochtje 'off the road' maken. Alle kreidlers en bestuurders overleven het!
Dááág big-end
De dinsdag verloopt rustig en 's avonds maken we ons weer op voor vertrek naar Nederland om woensdagmorgen in alle vroegte afscheid te nemen van het prachtige Zwitserse landschap, met ijs op de buddy's. We rijden terug via Collmaz. Tegen de avond bereiken we St.Diemenis en overnachten daar.
Donderdag moeten we toch echt richting Nederland. We willen Valkenburg bereiken, maar 90 kilometer voor de Frans-Luxemburgse grens slaat de pechduivel opnieuw toe. Met een snelheid van 90 km/h (= 9.700 toeren) in de slipstream van mijn voorganger hoor ik ineens een hevig gekraak; snel de koppeling in. Na het demonteren van de cylinder blijkt de drijfstang een speling te hebben van ongeveer een centimeter en de bovenste zuigerveer vastgeklonken te zijn. Dááág big-end!.
Na wat rondzoeken op de parkeerplaats vinden we een Duitse vrachtwagenchauffeur, die bereid is om mijn Kreidler naar de Luxemburgse grens te brengen. We hadden van alles meegesleept: zuiger, pakkingen, kabels, lampjes, maar geen krukas, want dan kan je wel een heel blok op je rug meenemen.
Bij de grens aangekomen demonteren we het blok, pakken het in de tas en gaan we op 'krukas-jacht'. Bij motorzaak Hall in Luxemburg is alleen een nieuwe krukas te koop. Na enig onderhandelen zitten we buiten op een stuk karton in een winkelstraat de vijfgang te opereren. Na twee uur is de operatie geslaagd en we komen rond zes uur 's avonds weer bij de grens aan, waar onze Kreidler-vrienden stijf zijn van het wachten.
Moe, vies, maar...
Het motorblok ligt er gelukkig weer snel onder. We koersen nog enkele kilometers en bereiken om tien uur Bastogne in België. We hebben dan 1767 kilometer afgelegd en voelen ons moe, vies en hongerig. We kruipen met z'n vijven in een caravan; wát een luxe na dat harde luchtbed. Na ons laatste ontbijt in het buitenland genuttigd te hebben, zetten we onze voorwielen richting huis. Na veel gehobbel over de Belgische kasseien rijden we via Luik Nederland weer binnen en besluiten om in Weert even het thuisfront te bellen. Om half één 's middags bereiken we onze thuishaven Arnhem, om terug te kunnen kijken op een tocht vol ontberingen, verrassingen en plezier; met 2.150 kilometer op de teller als eindstand!
...WAT IS 50 cc RIJDEN TOCH MOOI!!!!
Foto's: Rob van de Kraats
- Maarten/sbargh
- Berichten: 726
- Lid geworden op: 25 apr 2004, 16:17
- Locatie: 's-heerenberg
- Gegeven waarderingen: 0
- Ontvangen waarderingen: 0
- sierfred
- Gebanned
- Berichten: 585
- Lid geworden op: 24 feb 2004, 15:48
- Locatie: gelukkig niet zo ver van de achterhoek!!:D
- Gegeven waarderingen: 0
- Ontvangen waarderingen: 0
toerrit
in die tujd zag je nog nergens de witte sierranjes van rubber rond het nummerbord terwijl dat in duitsland hét detail was op de supers,vreemd eigenlijk,maar dat terzijde hoor.sierfred schreef:erg goed verhaal alweeeeeeeer,prima neergezet.
- Arjen
- Berichten: 1653
- Lid geworden op: 07 sep 2002, 18:28
- Locatie: Amsterdam
- Gegeven waarderingen: 0
- Ontvangen waarderingen: 0
- Contacteer:
Re: toerrit
het was ook 25 mei 1996.sierfred schreef:in die tujd zag je nog nergens de witte sierranjes van rubber rond het nummerbord terwijl dat in duitsland hét detail was op de supers,vreemd eigenlijk,maar dat terzijde hoor.sierfred schreef:erg goed verhaal alweeeeeeeer,prima neergezet.
het waren ook nederlanders.
- Arjen
- Berichten: 1653
- Lid geworden op: 07 sep 2002, 18:28
- Locatie: Amsterdam
- Gegeven waarderingen: 0
- Ontvangen waarderingen: 0
- Contacteer:
volgens mij heb je ofsierfred schreef:arjen schreef,
juist die deden de duitsers na met hun super supers als die naar hier kwamenhet waren ook nederlanders
-het verhaal hierboven verkeerd begrepen
-je hebt het weer over iets wat totaal los staat hiervan
er was gewoon een groepje ouderen uit nederland, veluwe. DIe dachten we gaan naar de grimslee rijden. Dus niks supersnadoen die naar hier kwamen oid?