1999, De Vries Kampioen ondanks Spaanse pesterijen

Wegrace artikelen en informatie
Plaats reactie
Bericht
Auteur
Gebruikersavatar
Maarten
Beheerder
Berichten: 9743
Lid geworden op: 01 sep 2002, 09:13
Locatie: Den Haag, Nederland
Gegeven waarderingen: 813 keren
Ontvangen waarderingen: 413 keren
Contacteer:

1999, De Vries Kampioen ondanks Spaanse pesterijen

#1 Bericht door Maarten » 30 mar 2019, 15:18

De Vries Kampioen ondanks Spaanse pesterijen

Markante Friese sporters

Bron: Leeuwarder Courant, juni 1999
Text: Siebe Annema
Foto: ANP

Scan: Hilvert (caveman)

Afbeelding

Markante Friese sporters

Naam: Jan de Vries.
Geboren: 5 januari 1944 te Sint Jacobiparochie.
Prestaties:
- Meervoudig Nederlands kampioen en wereldkampioen in de GP motorracen in de 50cc klasse in 1971 en 1973.
- Veertien GP-overwinningen.

Dit is de 23ste in een serie van vijftig afleveringen over markante Friese sporters in deze eeuw. De afleveringen worden iedere zaterdag gepubliceerd.

Twee keer wereldkampioen op de kleine maar vreselijk pittige 'snorfietsen' in de lichtste klasse van de Grand Prix. Bejubelde prestaties van Bildtker (Bilkert) Jan de Vries, maar opvallend genoeg ontbreekt op zijn erelijst een overwinning op de enige Nederlandse Grand Prix, meetellend voor het wereldkampioenschap, de TT van Assen.

„Ik heb er tussen 1968 en 1973 een aantal keren heel dicht bij gezeten", aldus Jan de Vries. Hij werd tweede in 1970 en 1972, haalde derde en vierde plaatsen, maar Assen schreef hij nooit op zijn naam. Ook niet in zijn eerste kampioensjaar, toen hij met pech uitviel.

„Natuurlijk was Assen een bijzondere wedstrijd, met 140.000 toeschouwers op de tribune, die op zo'n moment allemaal naar jou zitten te kijken en hopen dat jij wint. Of het die druk was? Ik weet het niet. In de meeste gevallen was het domme motorische pech. Toch had ik hem graag een keer willen winnen. Kijk naar Wil Hartog, zijn triomfen in Assen werden bijna belangrijker gevonden dan het winnen van het wereldkampioenschap."

Jan de Vries was een produkt van het in Friesland populaire grasbaanracen. Hij begon in 1960 en stapte vijf jaar later over naar het wegracen. In 1968 maakte hij zijn debuut in de 'bubbelglasklasse' in Assen en vanaf 1969 reed hij nagenoeg alle wedstrijden in de Grand Prix' om het wereldkampioenschap.
Meestal als een van de grote favorieten voor de wereldtitel in heroïsche gevecht met de Spanjaard Angel Nieto. De mooiste triomf boekte De Vries in 1971, in de beslissende wedstrijd op het circuit Del Jarama bij Madrid.

Afbeelding
Jan de Vries op zijn Van Veen Kreidler tijdens de Grand Prix van Zweden in 1971, het jaar waarin hij zijn eerste wereldtitel behaalde. Foto ANP

Niemand verwachtte dat hij de wereldtitel voor de neus van de in eigen land rijdende Nieto zou kunnen wegkapen, omdat De Vries hoe dan ook voor de Spanjaard moest eindigen.

Op zondag 26 september werd hij echter de eerste wereldkampioen in de Nederlandse motorhistorie, ondanks pesterijtjes van de Spaanse organisatoren, die hem nauwelijks trainingstijd op het circuit gunden. ,Nieto had ik tijdens de training gevolgd en ik had bij hem foutjes ontdekt", sprak De Vries een dag na de verovering van de titel in deze krant. „In de tweede bocht zag ik de kans hem te passeren. Tijdens de training had hij daar een fout gemaakt, die hij nu weer maakte. Ik maakte er dankbaar gebruik van en ging er met-een zo hard ik kon van door."

Nieto, de fabriekscoureur van Derbi, forceerde met halsbrekende toeren en vlak voor de eerste doorkomst ging hij in een bocht onderuit. Het werd daardoor een gemakkelijke overwinning voor De Vries, die niettemin stevig door reed om zijn klasse als wereldkampioen te onderstrepen. Met vijf overwinningen (Oostenrijk, West-Duitsland, België, Italië en Spanje) op zak, onttroonde De Vries zijn Spaanse concurrent.

Jan de Vries reed na de verovering van zijn tweede wereldtitel in 1973 op het circuit Del Jarama zijn laatste wedstrijd. Het was mooi genoeg geweest. Het bouwen aan een nieuwe motor bij Van Veen vormde een nieuwe uitdaging. Het behalen van twee wereldkampioenschappen leidde bovendien tot een zekere verzadiging. „Want meer viel er niet te halen. Je moet ook wat wilde haren hebben om op zo'n motor te zitten, kennelijk was ik die na tien jaar in de racerij wat kwijtgeraakt. Ik bleef betrokken, in de ontwikkeling van motoren, het rijden en testen van motoren en als teammanager, tot 1978."

Veel affiniteit met met het motorische geweld heeft Jan de Vries, sinds 1972 woonachtig in Purmerend, niet meer. Af en toe stapt hij op een mooie zomerse dag nog op de motor van een kennis, hij leest nog wat motorsportbladen en af en toe bezoekt hij uit nostalgie nog de TT in Assen. Vorig jaar reed hij tijdens de Centennial Classic in Assen nog een keer op zijn fameuze Van Veen Kreidler, die thuis op zolder staat. „Toen de motor op de baan stond, dacht ik: 'Wat is-ie klein'. Maar hij liep nog vlot 160 kilometer."
Werkzaam bij een bedrijf dat tuin-, park-en golfmachines maakt, stapt hij vaak met de nodige tegenzin in de auto, „om vervolgens vast te zitten in de file." Het liefst fietst hij. „Lekker in de natuur, weinig lawaai, heerlijk in de buitenlucht."

Wat hij nog oppikt van de motorische sporten, bevestigt zijn indruk dat het allemaal tien keer professioneler en commerciëler is geworden. „Vroeger sleutelden we zelf nog heel veel aan de machines, dat was een deel van de kick. Het ontwikkelen van een motor en zelf rijden." De motorsport is de wereld geworden van het grote geld. „Ik reed nog voor een startgeld van f 1500 in Assen. Ik denk dat zo'n bedrag bij de huidige generatie een glimlach op het gezicht brengt."

Plaats reactie