#52
Bericht
door emilio » 22 jul 2013, 09:44
Technisch reglement van de SAM. LEES DIE AUB ALLEMAAL EVEN GOED DOOR.
Let vooral op de DRAADborging van de olieaftapplug. Verder moeten wij ook onze arrateerplug voorzien van DRAADborging. Let op DRAADbroging en geen chemische borging. Je kunt de 2 pluggen middels een ijzerdraadje met elkaar verbinden nadat je een gaatje in de plug geboord hebt..
Ik heb zelf vragen over de passiervoetsteuntjes en de standaard die ik aan de SAM ga voorlegggen omdat ik met mijn wegbrommer ga rijden. LEt op voldoende ruimte tussen stuur en tank er moet voldoende speling zijn..
Ik zorg voor de startnummers en de stickers....
Mocht je vragen hebben stel ze hier dan gerust dan neem ik ze op in mijn mail naar de SAM..
1. Inleiding
Dit technische reglement is van toepassing op de motoren en de persoonlijke uitrusting
bij deelname aan de demoraces van het SAM.
2. Algemene technische eisen
- balhoofd, voorvork (lagering Webb
- vork), achterbrug, wiellagers spelingvrij.
- alle spaken goed gespannen; geen zichtbare slag in de wielen.
- ketting en kettingwielen in goede staat en kettingen correct uitgelijnd en
gespannen; een open primaire ketting dient van een afschermkap te zijn
voorzien.
- gave buiten-en binnenkabels zonder knikken en remkabels met Uitsluitend aangesoldeerde nippels; de kabels dienen soepel te lopen.
-betrouwbare verankering van de remankerplaten.
-de motor mag nimmer door een vol aangetrokken of ingetrap te rem geduwd kunnen worden.
- geen uitstekende scherpe delen.
- goede kwaliteit olie
- en benzineleidingen, lekvrij bevestigd.
- alle onderdelen van de machine dienen stevig vast te zitten, waar nodig met een
betrouwbare verende bevestiging.
3.Kettingschermen, spatborden en zitje
Draaiende delen, zoals primaire transmissie, moeten op deugdelijke wijze zijn
afgeschermd. Indien een volledige stroomlijnkuip aanwezig is, is een voorspatbord niet
verplicht. Als de beplating van het zitje met een tolerantie van 12 tot 15 cm reikt tot de
verticale raaklijn aan de buitenachterzijde van de achterband is een achterspatbord niet
verplicht. Het zitje dient minimaal te reiken tot de hartlijn van het achterwiel.
l
4. Uitlaatsystemen
A. Uitlaat
- Om aan het tijdsbeeld te voldoen, dienen 4 cilindermotoren met 4 uitlaten en 2
cilindermotoren met 2 uitlaten te zijn uitgerust. Indien origineel mag hiervan
worden afgeweken.
Uitlaten mogen alleen hoog worden gemonteerd, als het betreffende type motor
dat indertijd ook had.
Uitlaatsystemen dienen te voldoen aan de geluidsvoorwaarden die in de vergunning
wordt aangegeven en aan alle bepalingen betreffende de geluidsmeting en dienen
dan voorzien te zijn van een deugdelijke demper
-Uitlaatgassen dienen zodanig te worden afgevoerd, dat zij geen stof doen
opwaaien, noch banden of remmen vervuilen en/of hinder veroorzaken voor
andere deelnemers. Het uiteinde van het uitlaatsysteem mag niet voorbij de
verticale raaklijn aan de buiten achterzijde van de achterband uitsteken.
B. Dempers
-Een geluiddempende inrichting moet op deugdelijke wijze aan de uitlaat zijn
bevestigd. Dit ter beoordeling van de keurmeesters.
-Losse materialen om tijdens meting het geluidsniveau omlaag te brengen zijn
verboden.
5. Sturen
Bij een volledige stuuruitslag dient een minimale afstand van 30 mm aanwezig te zijn
tussen het stuur (inclusief hendels) en de tank, framedelen of stroomlijndelen.
Open stuuruiteinden moeten deugdelijk worden opgevuld of afgedekt.
De stuuruitslag bedraagt naar beide zijden minimaal 20 graden.
6. Bedieningshendels
Rem-en koppelingshendels moeten eindigen in een bolvorm, al dan niet afgeplat, maar
altijd met afgeronde randen.
7. Gashendel
De gashendel moet zodanig functioneren, dat de gasschuif(-ven) vanzelf sluit(en) als de
hendel niet wordt beroerd.
8. Remmen
De machine dient voorzien te zijn van tenminste twee goed werkende remmen, op elk
wiel een, die direct op het wiel en onafhankelijk van elkaar werken.
9. Grondspeling
Solomotoren moeten onbelast over een hoek van 45 graden gekanteld kunnen worden
zonder dat daarbij enig deel daarvan de grond raakt.
10. Banden
Voor alle demoklassen zijn profielbanden met een minimum profieldiepte van 2
millimeter verplicht (slicks en zgn. race regenbanden zijn verboden).
Het opsnijden van banden is niet toegestaan.
11. Nummerborden
Nummerborden moeten als volgt zijn uitgevoerd en aangebracht:
klasse:
-50cc
: wit bord met zwarte cijfers
-125cc
: zwart bord met witte cijfers
-250cc
: groen bord met witte cijfers
-350cc
: blauw bord met witte cijfers
-500cc: geel bord met zwarte cijfers
-750cc: wit bord met zwartecijfers
-Zijspannen: wit bord zwarte cijfers.
Minimum afmetingen van de cijfers:
Hoogte 140 mm, breedte per cijfer 80 mm, lijndikte 25 mm.19 Cijfers rechtop (z.g. Engelse vorm).
Aantal borden: 3
.
Plaats van de borden: voorzijde en linker en rechter achterzijde, resp. linker en
rechterzijde van een volle stroomlijnkuip.
Het bord aan de voorzijde dient altijd een ovale vorm te hebben met een minimum
afmeting van 285 x 235 mm. Zijborden, resp. achtergrond, bij voorkeur in deze vorm en
afmeting. Het is toegestaan de cijfers (altijd in de correcte kleur) met de voorgeschreven
achtergrondkleur op het zitje aan te brengen. De cijfermaten kunnen aan de zijkant
eventueel licht afwijken naar beneden.
Goede leesbaarheid dient steeds te zijn gewaarborgd
12. Brandstoftank en olietank
Vuldoppen moeten lekvrij
afsluiten en zodanig gesloten en gezekerd zijn, dat losraken
tijdens het rijden of bij een val, voorkomen wordt.
13. Carter ontluchting
Een uitwendig carter ontluchting (4takt motor) moet met een slang uitmonden in een
opvangtankje van tenminste 500cc m.u.v. motoren met een z.g. breather-valve (zoals bijv. MV Agusta 350
–2cil). Het opvangtankje dient na iedere demo geledigd te worden.
14. Borging
Van een draadborging moeten zijn voorzien:
-olievulpluggen
-aftappluggen
-oliefilter(deksels).
15.Overige technische voorzieningen
Koplampglas, gloeilamp, rem/achterlicht en richtingaanwijzers dienen afdoende
afgeplakt te worden. Spiegels, duovoetsteunen, middenbok, jiffy-stand, kentekenplaat(houder) en/of kickstarter moeten
verwijderd worden.
16. Kleding
Een volledig lederen pak is verplicht, waarbij een gedeeld pak is toegestaan, wat met
elkaar verbonden dient te zijn. Het uiterlijk van de kleding dient bij voorkeur overeen te
stemmen met de tijd waaruit de bereden motor stamt. Goede protectie en
rugbeschermerwordt sterk aanbevolen.
Het schoeisel (laarzen) moet van leer zijn met een zodanige schachthoogte, dat met het
pak een complete bescherming gewaarborgd is.
De handen moeten worden beschermd met voldoende stevige lederen handschoenen.
17. Helmen
Gedurende de training en de demo moeten de rijders een goed bevestigde en in goede
staat verkerende helm dragen.
18. Vizieren en brillen
Vizieren en brillen dienen goed doorzicht te bieden en mogen bij breuk geen splinters